maandag 8 november 2010

(S)tram


Zaterdag zijn mijn man en ik naar Brussel geweest, op bezoek bij onze dochter. Ze heeft een nieuw appartement en dat gingen we bekijken.
Het voordeel van haar nieuwe onderkomen - boven het vorige - is dat we er veel makkelijker heen kunnen rijden. Op hoop van zegen door Brussel crossen, lijkt tot het verleden te behoren.
Ook het appartement zelf is veel mooier en ruimer dan het vorige. En ik hoef maar 46 treden meer op in plaats van 56.
Het nadeel is dat ze er nu alleen woont.
Het lijkt erop dat er meer voordelen zijn dan nadelen. Ik weet het niet. Ik laat het aan de tijd over om daar een antwoord op te geven.

De 46 treden zijn we 4 keer op en af geweest. De reden voor 'op' lijkt me logisch. 'Af' gingen we de eerste keer om te wandelen. We wisten toen nog niet dat we die dag genoeg lichaamsbeweging zouden krijgen. Daarna gingen we een lamp kopen. Dat was weer een half uur lopen.
Toen gingen we uit eten. We gingen met de tram naar het centrum. Mensen die de sportschool te duur vinden, kan ik aanraden om wat vaker met de tram te gaan. We moesten staan want de zitplaatsen waren al vol. Bovenin hingen leren lussen om je aan vast te houden. Niet dat dit wat hielp! Ik stond ook nog op een schijf die af en toe draaide. Heel instabiel slingerde ik heen en weer. Op een gegeven moment, toen de tram wel heel hard remde, lag ik bijna bij iemand op schoot. Gelukkig kon ik, nadat er weer mensen waren uitgestapt, een beugel aan de wand bemachtigen. Dat was iets beter, maar nog steeds een hele belevenis. Eén keer moesten we overstappen. Wat een stank in dat station! Ik denk dat er meer dan één manneke pis in Brussel woont. Hoewel de volgende tram wel iets beter was, besloot ik om op de terugweg te gaan lopen. Maar toen we uitgegeten waren had ik daar echt geen puf meer voor. We gingen dus weer met de tram. De eerste keer kon ik zowaar zitten, maar na het overstappen was de pret alweer voorbij. Dit keer een ander attribuut. Een pilaar in het midden met 3 beugels eraan. Dat was beter. Ik kon me nu aan 2 beugels vast houden en me schrap zetten en dan ging het redelijk. Alleen mijn kuiten begonnen te protesteren. En dat bleven ze doen toen we de trap nog één keer op en af moesten om onze spullen te pakken.

In de auto had het navigatiesysteem opstartproblemen. Mijn man werd ongeduldig. Ik dacht: ‘Mij hoor je niet klagen. Ik zit hier heel stabiel in een heerlijke stoel met mijn benen relaxed naar voren en het stinkt hier niet eens, dus wat wil ik nog meer.’ Gelukkig startte het systeem op en wees ons netjes de weg naar huis.

De volgende dag ondervond ik waarom tram en stram maar met één letter verschillen. Mijn kuiten namen wraak. Ze weigerden dienst. Ze wilden een rustdag ter compensatie van het harde werk dat ze de dag ervoor verzet hadden. Maar ik ben baas in eigen kuit, dus ik ging lopend naar de kerk. Mijn kuiten lieten me voelen dat ze het daar niet mee eens waren. De hele dag bleef het een pijnlijke strijd, maar ik hield vol. Want zeg nou zelf, ik kan toch ook niet over me heen laten lopen? Zelfs niet door mijn kuiten!

1 opmerking: