donderdag 26 januari 2012

Regenboog

Dreigende wolken vol striemende regen
houden het zonlicht niet langer tegen.
Daartussen Gods knipoog: de regenboog!
Stille belofte: het wordt wel weer droog.

Donkere wolken gaan het niet winnen.
God wil opnieuw met mij beginnen.
Prachtige boog als hemels bericht:
Hoe donker ook, het wordt wel weer licht.

dinsdag 24 januari 2012

Opruimen


Vroeger, toen huisvrouw nog geen beroep was maar een dagtaak, werd er in het voorjaar grote schoonmaak gehouden. Met de oliebollen nog achter de kiezen, togen de vrouwen aan het werk. Het huis moest van boven tot onder – en ook in die volgorde – met bezemen gekeerd. En vooral kasten moesten worden opgeruimd en gesopt.

Het huis met bezemen keren doe ik niet. Het is meer schuivelen met de stofzuiger. Maar kasten opruimen is bij mij wel nodig. Spullen raken op den duur spoorloos. Laatst wist ik zeker dat ik nog ergens een pot pastasaus moest hebben – want ik had er immers twee voor de prijs van één gekocht – maar ik kon het nergens meer vinden. Toen vond ik het tijd worden om op te ruimen. Vooral ook omdat ik er een hekel aan heb als eten over datum gaat.

De pasta had zich verstopt in het kastje van het broodbeleg. Ik was niet van plan om te proberen of dat lekker is op brood, dus heb ik het netjes weer teruggezet waar het hoort. Het was even hard werken maar nu geniet ik ervan dat ik niet meer hoef te zoeken. Opgeruimde kasten geeft een opgeruimd gevoel. Dat geldt overigens niet voor al het opruimen dat ik vorige week gedaan heb.....

In de krant las ik een artikel over het feit dat Nederland steeds smeriger wordt. De oplossing is volgens de schrijver dat iedereen het zwerfafval in zijn of haar eigen buurt opruimt. Kijk, dat artikel is me uit het hart gegrepen. Al jaren erger ik me aan de troep die overal in mijn buurt ligt. Ik heb er echter nog nooit over gedacht om het zelf op te ruimen. Maar waarom eigenlijk niet!

Dus toen ik Elmo uitliet en tegelijkertijd een tasje met glaswerk voor de container wegbracht – ik kan twee dingen tegelijk, ik ben vrouw – bedacht ik dat ik dat tasje op de terugweg kon vullen met zwerfafval. Zo gezegd, zo – na enige zelfoverwinning – gedaan. Bah, bah en nog eens bah. De volgende keer doe ik in ieder geval rubber handschoenen aan. Maar dat er een volgende keer zou komen stond toen al vast voor mij. Hier ga ik een gewoonte van maken. De hond uitlaten én mijn glas wegbrengen én zwerfafval opruimen. Het zal weer schoon worden in mijn buurt!

De volgende dag stond er in de krant dat heel veel gemeenten geen goed hondenpoepbeleid hadden en dat de poep een groot probleem werd. In onze gemeente hebben we hondenpoepprullebakken waar we onze gratis hondenpoepzakjes in kunnen doen. Maar tijdens mijn schoonmaakactie zag ik menig drol liggen. Moet ik nu ook al drollen vangen? Dat gaat me echt te ver. Troep van mensen is nog tot daar aan toe, maar poep van honden.....

Ik durf bijna geen krant meer te lezen. Wie weet waar ik nog meer toe opgeroepen word. Het lijkt me goed dat ik zelf eens een oproep doe: Ruim alsjeblieft allemaal zelf je eigen troep op, dan hoeft niemand meer iets van een ander op te ruimen.

zaterdag 14 januari 2012

Trauma


Op bovenstaande foto ziet u de outfit die ik op mijn verjaardag kreeg van mijn zus en zusje, met de bedoeling om een dag samen te gaan wandelen. Wie er toen op het idee kwam weet ik niet meer, maar iemand stelde toen voor om dan ook maar gelijk ons 'jeugdtrauma' te verwerken.
We hebben namelijk al eens eerder samen gewandeld. En die wandeling was niet geheel vrijwillig....

Vroeger gingen we elke zondag naar opa en oma, die een dorp verderop woonden. Sinds mijn vader in het bezit was van een rijbewijs gingen we ook regelmatig met de auto. En als we dan met z'n drieën op de achterbank zaten, kon het wel eens voorkomen dat we ruzie maakten wie bij het raam mocht zitten.
Een klein vergrijp zou je zo denken, maar mijn vader nam geen halve maatregelen. Toen het weer eens zover was, zette hij de auto aan de kant, draaide zich om en bulderde: 'Eruit! Jullie lopen de rest maar.' Voor we het wisten stonden we beteuterd buiten een wegrijdende auto na te kijken. En 'de rest' was toch bijna vijf kilometer. Bij elke bocht of kruising dachten we dat onze vader ons wel op stond te wachten, toch spijt gekregen van zijn hardvochtig optreden. Maar het gebeurde niet. Samen sjokten we verder tot we thuis waren. De ruzie was over.
Als we daarna weer eens in de auto ruzie maakten, hoefde mijn vader alleen maar te dreigen met uitzetting en het was over. Het is dus een aanrader voor alle ouders met ruziënde kinderen op de achterbank, maar wij moesten het nog steeds een keer 'verwerken'.

Afgelopen woensdag, ik denk ongeveer veertig jaar na dato, hebben we de stoute wandelschoenen aangetrokken. Van de nieuwe outfit hoefde ik gelukkig alleen het hesje maar aan. We parkeerden de auto bij het Kadoelermeer en liepen langs het water richting Vollenhove. Daar aangekomen zochten en vonden mijn zussen een tafel om die te dekken met kerstkleed en servetten. Thermoskannen met warm water kwamen te voorschijn om soep en thee te maken. Samen met lekkere bolletjes, fruit en toetje werd het een heerlijke picknick. Koud geworden van het zitten doken we het eerste café in om op te warmen en koffie te drinken. Toen ons lichaam de ontdooistand weer had bereikt, gingen we verder richting St. Jansklooster.
Bij een theeschenkerij hebben we koffie met appeltaart genuttigd. Toen de eigenaar hoorde dat we nog weer terug moesten naar Kadoelen keek hij bedenkelijk. 'Dat is nog zeker acht kilometer,' zei hij. En het was al vier uur geweest. Ik haalde het hesje, dat ik na de picknick stiekem in de rugzak had gemoffeld, maar weer voor de dag. Toen het steeds schemeriger en daarna donker werd, waren we toch goed zichtbaar. Uiteindelijk hadden we bijna zeventien kilometer op de teller. Als afsluiting zijn we naar de Chinees gegaan om alle verloren gegane calorieën weer aan te vullen.

Mijn vader, die het verhaal hoorde, vond dat we het niet goed gedaan hadden en is bereid om mee te werken aan een volgende sessie. Hij wil ons ergens boven in Groningen droppen en daarna moeten we maar weer zien dat we thuiskomen. En geen gezellige picknicken of Chinese maaltijden, alleen een korstje droog brood.

Ik denk dat we dan weer opnieuw een trauma oplopen. Bovendien kunnen we het samen eten niet schrappen omdat ik vroeger een stuntel was met eten. Dat heeft ook nog een paar traumaatjes opgeleverd die ik tussen neus en lippen door probeer te verwerken.
Zo zat ik ooit met de mond vol met tanden met een lepel er vast tussen, waardoor de hele familie bijna stikte van het lachen.
En verder eet ik ook nooit meer satéstokjes in een restaurant. Omdat ik de saté van het stokje af probeerde te halen met een vork. Dat lukte uiteindelijk, maar toen lag het vlees bij de buren onder de tafel.

Dus ik ben voor een nieuwe sessie, veel nieuwe sessies zelfs, maar dan wel van het gezellige soort. Met picknicken en lekkere maaltijden, veel lachen en plezier.
Ceasar Milaan, de hondenfluisteraar, zei eens dat je bij een hond een slechte ervaring kon uitwissen door een goede. Als dat voor mensen ook geldt dan ben ik er zeker van dat het wel goed zal komen met onze 'trauma's'.

maandag 9 januari 2012

Januari


'Als het eerst maar weer eens januari is,' heb ik in december verzucht. December is altijd weer een maand waar ik me doorheen worstel. Er moet zoveel en het moet allemaal ook nog gezellig. En als klapper op de vuurpijl krijg je dan als afsluiting nog het vuurwerk. Verschrikkelijk!

Maar dan is het weer januari. En kom ik erachter dat januari ook niet mijn maand is. Want in januari moet ook zoveel. Je moet allereerst in ieder geval één goed voornemen op kunnen hoesten. Als je rookt is dat niet zo'n probleem, dan hoest je toch al meer dan de gemiddelde Nederlander. Maar ik rook niet, dus daar hoef ik in ieder geval al niet mee te stoppen. Lijnen doe ik ook al jaren niet meer. Omdat er dan maar één ding is waar ik aan denk: Eten! Minder drinken vind ik geen gezellig voornemen, dus dat is ook geen optie. Eigenlijk vind ik goede voornemens sowieso niet gezellig. Daarom heb ik dit jaar maar bedacht dat mijn goede voornemen is om geen goede voornemens te hebben.

In januari moet je vervolgens ook je vakantie bespreken. Of er in ieder geval over nadenken waar je heen wilt. De reclames op de televisie helpen je daar wel een handje bij. Vroegboekkorting, de mogelijkheid tot omboeken en allerlei boek-nu-toch-een-vakantie-pressie komen op het scherm voorbij. En als je dan nog niet weet waar de reis dit jaar heen gaat is er nog een vakantiebeurs om de nodige ideeën op te doen. Nu zijn wij meer van die mensen die in augustus nog bedenken dat we in september wel eens een weekje weg kunnen. Wij breken nu nog niet ons hoofd over de bestemming en blijven voorlopig dus nog lekker thuis. Dacht het wel!

En heb je dan de voornemens en de vakantie gehad, dan ben je er nog niet, dan moet je vervolgens nog op koopjesjacht. Je koopt je rijk in januari dus je bent een dief van je eigen portemonnee als je de uitverkoop links laat liggen. En dat was ik nou net van plan. Ik las in de krant dat er mensen zijn die gaan proberen om een jaar lang geen kleding te kopen. Omdat hun kasten uitpuilen. Nu hebben wij niet zo'n grote kast, dus die puilt al gauw uit, maar toch. Ik vind het een goed plan dus ik denk dat ik maar meedoe. Consuminderen wordt misschien wel mijn woord voor 2012.

Het wordt niet wat tussen mij en januari. We passen niet bij elkaar. Tel daarbij al die wind op die alweer overstuur is gegaan plus het feit dat ik een vreselijke hekel heb aan storm en ik kom zwaar in de min in januari. Van mij mag de eerste maand van het jaar in de uitverkoop. Of stuur haar voor mij part een maand op vakantie.

Zucht! Als het eerst maar weer eens februari is!