zondag 28 augustus 2011

Doop

Het water spettert op je hoofdje,
als teken van relatie tussen God en jou.
Wees maar nooit bang, want Hij belooft je:
'Je bent mijn kind! Eeuwig duurt mijn trouw!'













woensdag 24 augustus 2011

Voorbij



Voorbij

Ik zet het venster van mijn dromen open.
Ze vliegen weg op vleugels van de spijt.
Ik kijk ze na en neem verdrietig afscheid.

– Had het misschien anders kunnen lopen? –

Ze vliegen al voorbij de tijd van hopen.





vrijdag 19 augustus 2011

Zinloos


'Nederland wordt steeds onveiliger'! Een kreet die je steeds vaker hoort. Laatst werd er in Roosendaal een jongen van 16 jaar doodschoten. Als je vroeger hoorde dat iemand door geweld om het leven gekomen was, gebeurde dat in Amerika of ergens anders ver weg. Maar tegenwoordig is het steeds vaker geen ver-van-mijn-bedshow meer.
Tegenwoordig hoor je ook steeds van beschietingen op de snelweg. Je zal er maar rijden. En dan zijn er ook nog van die malloten die hun grof vuil op de snelweg droppen. Fietsen, koelkasten, alles kun je tegenwoordig tegenkomen op de snelweg. Het moet niet gekker worden.
Op de site waar het nieuws uit ons dorp staat, las ik dat een buurt geterroriseerd wordt door een buurtbewoner. Auto's worden bekrast, vuilcontainers omgegooid, bewoners geïntimideerd. Het lijkt me vreselijk om in zo'n buurt te wonen.

Al dat zinloos geweld kan je gaan benauwen. Een onveilig gevoel is dan het gevolg.
Gelukkig woon ik in een hele veilige buurt. Buurjongetjes in militaire pakken, met houten geweren in de aanslag, bewaken de straat. De kromme fluweelboom wordt als uitkijkpost gebruikt. Vanuit mijn keukenraam kijk ik af en toe of ze alles nog onder controle hebben. Het geeft me een vrolijk gevoel en dat is altijd veilig.

Ook over overlast kunnen we niet echt meepraten. Of het moet al zijn dat een andere buurjongen op een leeftijd is gekomen van de scooter en harde muziek. En zijn vrienden ook. Af en toe chillen ze in de tuin van de buren. Maar meestal is dat al afgelopen tegen de tijd dat wij naar bed gaan.
Mijn man ergerde zich in het begin aan het geluid van de scooters als er weer eens vrienden de oprit op kwamen scheuren. We hebben namelijk een gezamenlijke oprit. Hij zou ze wel eens een lesje leren. Toen de club in de tuin zat, startte mijn man zijn auto met een heleboel gevroem vroem en gejeng jeng. Grote rookwolken kwamen uit de uitlaat. Rustig zette hij de auto in de garage en stapte uit. Het was even helemaal stil bij de buren, maar het heeft niet genoeg indruk gemaakt om het lawaai te stoppen. Wij lagen dubbel van het lachen achter de schutting, maar verder heeft het niets opgeleverd. Een zinloze actie dus!

Even dacht ik dat het tij zich ook in onze buurt zou keren. Kregen we nu toch te maken met overlast? Een stel tieners, met een uitdagende blik in hun ogen, liepen heen en weer in de straat. De buurjongetjes lagen al op bed, niet meer in staat om iets anders te bewaken dan alleen hun eigen dromen. De tieners schopten verveeld tegen een bal. En natuurlijk vloog die bal bij ons in de tuin. Mijn dochter stond voor het raam te kijken. Ze zagen haar staan en waren nog net niet zo brutaal om direct de tuin in te banjeren.
Mijn dochter liep met Elmo, de hond, naar buiten. Elmo sloofde zich uit om te laten zien dat ze een echte waakhond is. Mijn dochter gaf één van de jongens toestemming om de bal uit de tuin te halen. 'Stil maar, lief hondje,' zei hij om Elmo te vriend te houden. Elmo bleef grommen.
Ik vond het voorval wel vermakelijk. Dat veranderde toen ik 's avonds in bed lag en opnieuw tumult in de straat hoorde. Het bleek dezelfde groep jongens te zijn. Mijn man, die net naar bed wilde gaan en bezig was de lichten uit te doen, ging voor het raam staan. De jongens gooiden volgens hem met stenen naar ons huis en renden daarna hard weg, om op veilige afstand te kijken of er ook reactie kwam. Toen die uitbleef was de lol er af en liepen ze toch maar verder. Dit vond ik echt niet meer lollig.

De volgende dag bleek dat de 'stenen' badeendjes waren. Nog net geen lieveheersbeestjes, maar het scheelde weinig. Ik was weer gerustgesteld. Jongens die met badeendjes gooien, hebben vast geen kwaad in de zin. Het was natuurlijk vrij zinloos, maar ach, we hebben toch allemaal wel eens zinloze dingen gedaan in onze jeugd? En mocht er toevallig iemand in onze buurt wonen die een paar eendjes mist, die zwemmen nu in onze regenton.

zondag 14 augustus 2011

Vandaag


Vandaag heb ik mijn angst voor Schotse Hooglanders overwonnen. Dankzij Ceasar Milaan, de hondenfluisteraar.

De angst begon een paar jaar geleden. Ik wandelde met een vriendin op de Wezeper heide. Een prachtig gebied, vooral in deze tijd van het jaar, als de heide in de bloei staat. Dat was toen niet het geval, het was najaar, de heide was al uitgebloeid. Maar dit gebied is in alle seizoenen prachtig, dus liepen we genietend en al kletsend te wandelen. Natuurlijk zagen we de runderen wel staan, maar we sloegen er niet echt acht op. We waren toen nog niet bang!

Dat veranderde toen één van die kolossale beesten met de horens in aanslag naar ons toe kwam rennen. Ik was te verbaasd om te reageren. Er werd altijd gezegd dat je veilig over de hei kon lopen, dat die beesten geen vlieg kwaad deden. Dus ik kon niet geloven dat hij op me af kwam stormen.
'Rennen, Tiny,' gilde mijn vriendin, die wel de tegenwoordigheid van geest had om de benen te nemen. Ik deed een paar stappen achteruit en kwam te vallen over de rand van het pad. 'Rennen,' gilde mijn vriendin nog een keer, maar ik bedacht dat ik beter kon blijven liggen. Het rund zag mij nu namelijk niet meer. Hij krabde nog net niet achter zijn oren, zich afvragend waar ik gebleven was, maar het scheelde niet veel. Toen hij weer afgekoeld was, zich omdraaide en verder ging met grazen ben ik voorzichtig opgestaan en alsnog weggerend. Een eindje verderop zagen we een jong in de bosjes verscholen. Het gedrag van het rund viel op zijn plaats. Je moet nooit tussen een jong en moeder gaan staan of, in dit geval, lopen. Maar wie verwacht er nou een jong in het najaar? Ik in ieder geval niet!

Sindsdien ga ik met een grote boog om die beesten heen. Maar vandaag was dat niet mogelijk. Mijn man en ik liepen vanavond rustig te wandelen op de hei, toen we op een grote groep runderen stuitten. Aan beide kanten van het pad stonden er zoveel, dat een grote boog alleen maar kon door weer om te keren en helemaal terug te lopen. Daar had ik geen zin in. En bovendien kijk ik tegenwoordig naar Ceasar, die niet alleen honden traint, maar ook mensen. Vrijdag hoorde ik hem nog zeggen: 'Als je een hond de baas kunt, kun je de hele wereld aan.' Oké, het is misschien een beetje overdreven, maar ik vond er genoeg waarheid in zitten om er mijn voordeel mee te doen.
Verder heeft hij een andere stelregel die me erg aanspreek: Leef vandaag! Vandaag is 'nu' en 'nu' is belangrijk! Wat er gebeurd is in het verleden is alleen maar belangrijk om ervan te leren. Voor wat er misschien in de toekomst nog gaat gebeuren, is het vandaag te vroeg. Honden hebben geen verleden en geen toekomst, alleen het nu telt!

Vandaag bedacht ik dat dat misschien ook wel voor runderen geldt. En voor mij! Dus ik richtte me op, borst vooruit, ademde een keer diep in en weer uit en bedacht dat het vandaag tijd was om mijn angst voor deze beesten te overwinnen. Aan beide zijden van het pad stonden ze. Eén beest hield ons argwanend in de gaten. Ik begon te twijfelen.... Maar een andere regel van Ceasar schoot me te binnen: Niet aanraken, niet praten, geen oogcontact. 'Dat kan ik ook toepassen op runderen,' dacht ik. Het eerste was ik toch al niet van plan en in praten had ik ook geen zin. Maar geen oogcontact was moeilijker. Vanuit mijn ooghoeken hield ik het beest toch in de gaten. Hij ons ook nog steeds, maar hij bleef wel staan waar hij stond. Rustig liepen we langs hem heen. Dat was één! Toen stond er één te grazen aan mijn kant van het pad. Ik geef toe dat ik een stapje dichter naast mijn man ben gaan lopen, maar op minder dan een meter afstand ben ik er toch langs gelopen! 'Applausje voor jezelf,' dacht ik. De volgende ging aan de wandel over het pad, maar ook die ben ik rustig en vol zelfvertrouwen gepasseerd.

Daarna heb ik me omgedraaid en een foto gemaakt. Hij is een beetje onscherp maar ik doe hem niet weg. Ik bewaar hem als aandenken dat ik dat toch maar gedurfd heb vandaag!