maandag 11 februari 2013

Neus


Zoals ik al schreef in het voorgaande verhaal, maakten we – mijn zus, mijn zusje en ik – een fotoboek voor mijn ouders. Het werd een reis door de tijd. Van grootouder tot achterkleinkinderen. Zes generaties gevangen in een zestig pagina's dik fotoboek.

Mijn zusje heeft een neus voor dit soort zaken, dus zij werd gebombardeerd tot samensteller van het boek. Dagen bracht ze door achter de computer. Uiteindelijk had ze vierkante ogen en pijnlijke schouders. Om haar te helpen sloot mijn zus vriendschap met de scanner. Ik vond het knap dat ze het apparaat kon bedienen. Toen ik die gedachte deelde met haar man zei hij: 'Er zitten twee knoppen op, dat kan ze nog net!' Toch vind ik het knap! Ik kan namelijk helemaal niks met apparaten, zelfs niet als er maar twee knoppen op zitten. Dus ik was voor de controle. Overal werden namen en data bij gezet en dat moest natuurlijk wel goed gebeuren. Zo ontdekte ik dat ik volgens het boek een tweeling had gebaard, terwijl ze toch allemaal op verschillende data ter wereld zijn gekomen. Foutje, moet kunnen.

Mijn zus en ik zijn verschillende keren naar mijn zusje in Genemuiden gereden om de klus te klaren. Gewapend met fotoboeken en een USB-stick waar mijn man ook nog diverse foto's op had gezet. Die foto's werden allemaal weer overgeheveld naar de computer van mijn zusje. Toen het wel erg lang duurde met die stick, zag ze dat er nog veel meer documenten op stonden. Mijn zusje is erg handig met de computer, dus die selecteerde de foto's en de rest gooide ze gelijk van haar computer. Het ging daarna een stuk sneller.

De volgende dag kwam mijn man tot de ontdekking dat zijn USB-stick helemaal leeg was. Alle documenten verdwenen. Ik kwam net terug van de post bezorgen en trof een boze man aan. 'Ik hoop dat ze alles nog op de computer heeft,' zei mijn man. Ik wist dat dat niet zo was. Met angst en beven belde ik mijn zusje, die mijn vermoeden bevestigde. 'Het zweet breekt me aan alle kanten uit,' zei ze. 'Wat denk je dan van mij,' antwoordde ik, 'ik heb net post bezorgd dus ik heb mijn thermos-ondergoed nog aan ook!' Gelukkig bestaat er zoiets als een 'prullenbak' op de computer en daar zat alles nog in.

De week erop togen we weer met USB-stick en nog meer fotoboeken naar Genemuiden. Alles werd weer rechtgezet en de laatste foto's werden gescand en gecontroleerd.
'Zeg, zijn er eigenlijk geen naaktfoto's van jou,' vroeg mijn zus opeens. Ik had net een slok water genomen en deed er alles aan om dat niet over de computer van mijn zusje te proesten. Zo gek was de vraag eigenlijk niet eens want van mijn zus en zusje zijn allebei wel babyfoto's waar ze naakt op staan. Was het vroeger mode om je baby naakt op de foto te zetten? Pas toen ik thuis een leuke babyfoto zocht voor dit verhaal, kwam ik ze tegen: mijn naaktfoto's! Gelukkig was het boek toen al klaar.

Het volgende obstakel was de neus van mijn vader. We hadden een babyfoto van hem en een foto van een jongetje van een jaar of acht. Verder hadden we nog een foto van mijn vader in soldatenpak. Maar mijn zus begon te twijfelen bij de babyfoto: 'Is dit papa wel?'
'Nou kijk,' zei mijn zusje, 'de neus op deze foto is dezelfde als de neus op de andere foto. Maar kijk je nu naar de foto van de soldaat, dan zie je een andere neus. En daarvan weten we zeker dat het onze vader is.' Na dit geneuzel besloten we het maar op zijn beloop te laten.

Het boek werd het neusje van de zalm. Nou ja, bijna dan. Gelukkig hadden ze bij Albelli de laatste zes bladzijden niet goed gedrukt, dus kon het boek op het feest bekeken worden en de foutjes die er nog in zaten eruit gehaald worden. Daarna werd hij weer kosteloos opnieuw gedrukt.
Niemand heeft de neus van mijn vader opgeëist, dus mag hij zijn neus houden. Nu heb ik nog niet alles verteld wat er over te vertellen is, maar de rest kan ik u echt niet aan de neus hangen.

zaterdag 2 februari 2013

Tijd



Er is een tijd om te verwelkomen en een tijd om afscheid te nemen. Vorig jaar mochten we een nieuwe schoonzoon verwelkomen. In januari vertrok hij naar Nigeria om daar minstens twee jaar te werken en hij nam mijn dochter mee. Maar wat is nou afscheid nemen in deze tijd van internet, Facebook en Skype. Vooral bij dat laatste zit je, als het ware, bij elkaar in de huiskamer. Ik laat haar zien hoeveel sneeuw er buiten ligt. Zij laat mij het zwembad zien waar ze een frisse duik kan nemen als 33 graden haar toch te warm wordt. Verschil moet er zijn en een beetje jaloers ben ik wel. Maar dan alleen op de temperatuur. Voor de rest lijkt het me niets om huis en haard te verlaten en zo'n avontuur aan te gaan.

Er is een tijd voor opvang en een tijd voor afgang. De kuikens, die ik vorig jaar liefdevol heb opgevangen, hebben het niet gered. Na het gehandicapte kuiken is nu ook de haan aan de beurt om af te gaan. Hij maakte meer lawaai dan de buurt aankan. Dus werd hij verbannen naar een schuurtje op het erf van mijn schoonzoon. Daar zat hij heel alleen in het donker zonder kans op vrije uitloop.
'Maak hem dan maar af,' zei ik, 'dit is ook geen leven.' Bovendien was ik bang dat mijn schoonzoon nu op zijn beurt problemen zou krijgen met de buurt. Mijn schoonzoon is niet van opgeven voordat hij alles heeft geprobeerd. De haan werd bij de Vlaamse reus in het hok gestopt. Vond de Vlaamse reus niet goed en de haan liep de eerste verwonding op. Toen geprobeerd om hem bij het kippenhok in te doen. Vond de andere haan geen succes en die deed er nog een schepje verwonding bovenop. Daarna in het hok dat grenst aan het kippenhok. Maar de haan wilde te graag naar zijn soortgenoten en stak elke keer zijn kop door het gaas. Ook dat bekwam hem niet goed.
Aldus verwond en nergens gewenst werd hij weer opgesloten in het schuurtje. Daar ging hij met zijn achterste in een bak water zitten. De volgende dag trof mijn dochter hem halfbevroren aan. Ze heeft nog geprobeerd om hem weer te reanimeren maar het mocht niet meer baten. Een droevig einde van een prachtige haan.

Er is een tijd om kinderen op te voeden en een tijd om de opvoeding over te laten aan een jongere generatie. Afgelopen maand heb ik mijn kleinzoon een paar dagen te logeren gehad. Dat is naast genieten ook erg vermoeiend. Hij heeft namelijk maar twee standen: snel en heel snel. De enige keren dat hij stilstaat, is als hij een luier vol staat te maken. De enige keren dat hij stilligt, is als hij slaapt. Als je dan bedenkt dat hij de nacht gebruikt om nieuwe kiezen te krijgen, kun je begrijpen dat de vermoeidheid toesloeg.
'Hoe heb ik dat toch vroeger gedaan met vier kinderen,' dacht ik. Waarschijnlijk zit het antwoord in de leeftijd. Ik neem mijn petje af voor alle jonge moeders, die vaak ook nog een baan hebben. Wat ben ik blij dat ik niet meer hoef. Dat ik gewoon mag genieten van een heerlijk ventje die, als ik wegga, lieve kabouterkusjes geeft en zo leuk voor het raam staat te zwaaien. Genieten van je kleinzoon en daarna genieten van de rust. Dubbelop genieten dus.

Er is een tijd voor het verleden en een tijd voor het heden. Mijn ouders vierden op 30 januari hun 55-jarig huwelijksfeest. Mijn zussen en ik hebben menig kostelijk uurtje besteed aan het uitzoeken van dia's en foto's uit verleden en heden. Een prachtig fotoboek was het resultaat. Daarmee is alles nog lang niet gezegd want we hebben heel wat beleefd. Wordt vervolgt dus.

Dit gebeurde allemaal in januari. Maar op de één of andere manier vond ik geen tijd om erover te schrijven. Alles heeft zijn tijd. Hoe waar is deze zin* uit de bijbel! En ik kan me helemaal vinden in de conclusie van het gedeelte: Vrolijk zijn en genieten van alles wat God je geeft.

Er is een tijd voor de winter en een tijd voor het voorjaar. De sneeuw was prachtig. Het ijs een geschenk voor menig schaatsliefhebber. Maar die kou, daar heb ik een hekel aan. Ik hoop dat het gauw weer tijd wordt voor de lente. Wat zal ik daarvan gaan genieten.