Het leek allemaal zo mooi. Ik zocht naar Serama’s op
Marktplaats en zag een advertentie van iemand die hele mooie kuikens te koop
had. ‘Jammer,’ zei ik tegen mijn man, ‘helemaal in Schaijk, in Brabant.’ Maar
het toeval wilde dat mijn man nou juist de week erop naar een klant in Den
Bosch moest. Dus reageerde ik op de
advertentie en kocht de kuikens.
Toen de eerste hanen begonnen te kraaien, heb ik gebeld,
maar meneer gaf niet thuis.* Toen bleek dat alle kuikens hanen waren geworden,
werd ik woedend! Zeg nou zelf, hoe groot is de kans dat, als je zeven kuikens
hebt, het allemaal hanen worden. En ik had toch echt om hennen gevraagd. Hier
was opzet in het spel.
Nog even dacht ik dat ‘hen’ misschien haan betekent in
Brabant. Net zoals wanneer een Fries ‘het
kan net’ zegt, het in Friesland dan niet kan, terwijl het in de rest van
Nederland nog net kan. Maar nee, een hen wordt geen haan, waar je ook bent in
Nederland. Ik was bij de poot genomen.
Dus mailde ik de boosdoener en gaf hem twee opties. Of de
hanen omruilen voor hennen óf
mijn geld terug. Natuurlijk kreeg ik geen van beiden.
De man had zijn advertenties van Marktplaats gehaald, dus
daar kon ik op dat moment niks mee. Maar ik hield hem
in de gaten en toen hij weer een advertentie plaatste, gaf ik hem aan.
Ondertussen zat ik met zeven hanen. Slachten leek de enige
optie. Dus op een slechte vrijdagmiddag liep ik naar het hok met een bakje
lekker voer. Ze kwamen natuurlijk direct aanlopen. Ik voelde me slecht. Ik
strooide het voer in het binnenhok en één
voor één liepen de
hanen naar binnen. Tot nummer vijf binnen was, toen liep de eerste weer naar
buiten. Ik deed snel het hok dicht, ik had nu in ieder geval vier hanen voor
het grijpen. Nou ja, voor het grijpen, zo makkelijk ging het niet. Toen ik er
twee had, bracht ik ze naar de buren aan de overkant. Daar stond de vader van
de buurvrouw, die me al eens eerder uit de brand geholpen had,** al klaar om te
slachten.
‘Daar zit nauwelijks vlees aan,’ was zijn reactie! ‘Ach,
misschien iets voor op een toastje,’ zei ik.
Ik ging weer terug om de rest van de hanen te vangen. De
buurjongens gingen mee om te assisteren. De ene haan in het hok had ik snel te
pakken, maar de andere was spoorloos. Uiteindelijk zag ik hem helemaal bovenin
de nok zitten. Doodstil. Ik heb hem met een stok naar beneden gejaagd en kreeg
ook hem te pakken. Toen moesten de andere drie hanen nog het binnenhok in. De
jongens kwamen goed van pas als drijvers. Uiteindelijk lukte het. Er ontsnapte
nog een haan uit de doos, maar gelukkig wist de buurjongen hem snel weer te
pakken te krijgen. Toen ik ze allemaar gevangen had, liep ik weer naar de
overkant. Daar hingen de eerste twee al te bungelen aan een touwtje! ‘Wegwezen
hier,’ dacht ik.
Nu is het stil in de tuin. Er kraait geen haan meer. Het hok
ligt er verlaten bij. Ik weet nu niet goed meer wat ik moet. Welke kipjes ik
wil kopen en vooral waar? Worden het weer Serama’s? Of toch Wyandotten ? Mijn
man vindt Hollandse kriel ook wel leuk. Ik weet het gewoon even niet meer. Ik
moet er maar gewoon eerst eens even op broeden dan zal er vanzelf wel weer wat
uitkomen.