maandag 10 januari 2011

Chrisje


Mag ik je voorstellen aan Chrisje! Vind je het geen knappert? Chrisje is een bokje uit de veestapel van mijn schoonzoon en hij is vorige week 1 jaar geworden. Het was niet helemaal de bedoeling dat hij midden in de winter geboren zou worden. Maar zoiets gebeurt als je bokken en geiten niet op tijd apart zet.

Midden in de winter dus. Net zo'n winter als nu. Het kon vriezen en het kon dooien. En als het vroor kon het glad worden. Aangezien ik bij normaal weer al niet zo'n super chauffeuse ben, had ik de hele winter nog niet achter het stuur gezeten. Tot ik een bok moest redden.

Chrisje had namelijk een slechte start. Hij kreeg het niet voor elkaar om bij zijn moeder te drinken. Mijn dochter, die de wacht hield bij de kudde – er waren namelijk meer geitjes en bokjes geboren - belde me op om te vragen of ik een flesje en poedermelk wilde kopen en brengen. Ik heb me geen moment bedacht, ben in de auto gestapt, naar de Welkoop gereden, heb het nodige gekocht en toen naar het huis van mijn schoonzoon, een dorp verderop, gegaan. En dat allemaal zonder er bij na te denken.

Het laatste weggetje was erg glibberig. Toen pas bedacht ik dat ik zomaar in de auto was gestapt. En dat voor een bok! Mijn dochter stond me al op te wachten. Ik zei tegen haar: 'Ik waag verdorie mijn leven voor een bok, als hij blijft leven mag je hem wel naar mij noemen!'
Hij is blijven leven en heet Chris, naar Christina. Zo heet ik namelijk officieel.

Toen werd het dierendag. Dus ik weer naar de Welkoop. Ik had namelijk een zak wortels gezien toen ik er de vorige keer was en vond dat wel een lekker cadeau voor Chrisje. Maar wat ik er ook vond: geen wortels! Ik vond kattensnoepjes voor de katten van mijn ene dochter, vergat iets te kopen voor de vissen van mijn jongste dochter, vond hondensticks voor de hond van weer een andere dochter, maar geen wortels. Bij navraag bleek dat ze buiten lagen. Een vriendelijke verkoopster zei dat ik ze wel bij de kassa af kon rekenen en daarna buiten pakken en meenemen. Zo gezegd, zo gedaan! Nou ja, bijna dan!

De wortels bleken verpakt per 20 kilo! En ik was op de fiets! Daar stond ik dan. 'Die ga ik nooit op mijn fiets krijgen. En als het me al lukt, is mijn rug definitief naar de knoppen,' dacht ik.
Gelukkig kwam op dat moment een kennis langs. 'Heb je rugklachten?' vroeg ik. Hij keek me een beetje vreemd aan, maar gelukkig bleek hij niets te mankeren aan zijn rug. Dus vroeg ik hem om de zak wortels op mijn bagagedrager te tillen. Toen het allemaal voor elkaar was, moest ik zelf nog op de fiets. Als slingerend fietste ik door het dorp. Toen ging ook nog de telefoon. De dochter van de vissen, die ik vergeten was. Ik vertelde haar wat ik aan het doen was en biechtte gelijk mijn zonde maar op. Ze twijfelde ernstig aan mijn verstandelijke vermogens. Maar je kunt toch geen onderscheid maken tussen je kleindieren? Ook al is er één naar mij vernoemd, daarom kan ik die toch niet voortrekken? Mijn dochter dacht niet dat haar vissen daar een trauma van zouden krijgen, dus heb ik het maar zo gelaten. Ik was bijna thuis, nog een keer terug fietsen leek me teveel van het goede. Het lukte om zonder ongelukken thuis te komen.

Afgelopen week was Chrisje dus jarig. Ik er weer heen met een zak wortels. Dit keer was ik voorbereid op de zware zak en had mijn dochter meegenomen. Het weggetje was weer glad, maar ik had nu een chauffeuse. Het enige dat ik hoefde te doen, was Chrisje wortels voeren.
Het afgelopen jaar kreeg hij een sik, maar hij is zelden sikkeneurig. En hoe ze aan dat gezegde van die bokkenpruik zijn gekomen is me een raadsel. Hij is, met een mooie bokkenpruik op zijn kop, toch gewoon de liefste bok van de wereld.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten