vrijdag 8 april 2011

Verandering


Ooit las ik een uitspraak die ik niet weer vergeten ben: “Je hebt moed nodig om te veranderen wat je niet kan accepteren, rust om te accepteren wat je niet kan veranderen en vooral wijsheid om het verschil daartussen te weten.”
Het accepteren laat ik rusten. Dit verhaal gaat over veranderen. Sommige dingen gebeurden gewoon, er was niet zo heel veel moed voor nodig. Andere veranderingen kostten meer moeite. En dan nog niet eens de verandering zelf, maar er is wel moed voor nodig om ervoor uit te komen dat je veranderd bent. Over drie veranderingen zal ik nu schrijven. De eerste gebeurde gewoon. De tweede is best wel hard werken. De derde kost de meeste moeite.

1. Smaak

Eén keer in de zeven jaar verandert je smaak. Zeggen ze! En ik geloof het.
Mijn kinderen zijn opgegroeid zonder witlof, spruitjes of andijvie om het simpele feit dat zowel mijn man als ik deze groenten niet lekker vonden. Maar vorig jaar, toen we een midweek in Luxemburg waren, hebben we witlof gegeten. Dat kwam omdat we een diner aangeboden kregen door onze schoonzoon, die weer bevriend was met de eigenaar en de kok van een restaurant aldaar. Een restaurant dat overigens in de winterperiode alleen in de weekenden open was. Maar voor ons maakte het personeel graag een uitzondering. We konden toen uiteraard niet van de kaart bestellen maar kregen een eten-wat-de-pot-schaft-menu. Witlof dus. En het was best lekker. Toen bedacht ik dat ik dan nu misschien ook wel spruitjes en andijvie lust. De spruitjes heb ik geprobeerd. Op een zondag natuurlijk, zodat mijn man zijn kookkunsten weer kon uitproberen. Hij had ze in een ovenschaal onder de uiensaus verstopt. Iets minder lekker dan de witlof, maar niet zo erg als in mijn herinnering. Nu de andijvie nog, maar ik moet eerst nog moed verzamelen om door de 'bittere' appel heen te bijten.

2. Houding

Dankzij mijn fysiotherapeute en een zekere Esther Gokhale, die een 'goede houding therapie' heeft ontwikkeld, is mijn houding aan het veranderen.
Eerst moest ik leren om goed te zitten: Voeten recht onder de heupen, knieën licht gebogen, achterwerk naar achteren, net alsof je op de wc wilt gaan zitten, maar ziet dat de bril vies is. In die stand ga je dan op de stoel zitten. Daarna rek je de rug helemaal uit en draai je de schouders van voren naar achteren, zodat je weer helemaal ontspannen ben. Als laatste pak je een pluk haar achterop je hoofd en trekt je hoofd naar achteren, maar nog wel steeds zo dat je een flinke onderkin hebt. Ga er maar aan staan! Of zitten eigenlijk.
De zondag nadat ik geleerd had hoe ik moest gaan zitten, gingen we naar de kerk. Toen we gingen staan voor de zegengroet en daarna weer gingen zitten, bedacht ik wat de reactie van de mensen om me heen zou zijn als ik ging zitten zoals het moest. Ik schoot in de lach en ben maar 'gewoon' gaan zitten.
Toen ik het zitten onder de knie – of liever gezegd boven de knie – had, moest ik leren om recht te staan. Eerst weer hetzelfde verhaal, gebogen knieën, achterwerk naar achteren en rug uitrekken. Daarna moest ik net doen alsof ik iets uit een hoog keukenkastje ging pakken. Beide armen omhoog dus, maar voor mijn borst moest ik een stang denken waar ik overheen moest reiken. Dan armen langzaam laten zakken, de schouders rollen en de pluk haar weer naar achteren.
Ik schoot in de lach. Ik zag mezelf alweer in de kerk gaan staan voor de zegengroet. Net als de dominee de zegen wil uitspreken ziet hij mijn handen omhoog gaan. In gedachten hoor ik de dominee zeggen: 'Tiny, wat doe je nu? Ga jij vandaag de zegen uitspreken? Dat is in ons kerkverband nog niet toegestaan hoor!'
En dan zou ik antwoorden: 'Nee dominee, ik pak alleen even iets uit het keukenkastje.'

3. Denken.

Over een aantal dingen ben ik heel anders gaan denken. Nog steeds vind ik het lastig om daar frank en vrij over te schrijven. Als voorbeeld noem ik de zondag. Ik doe nu dingen op zondag die ik tien jaar geleden beslist niet had gedaan. En er zullen mensen zijn die dit absoluut geen verandering ten goede vinden. Maar, wat er ook verandert, ik denk niet dat ik ooit op een zondag naar een motorbeurs zal gaan. En ik denk zeker te weten dat ik nooit op een motor zal gaan rijden. Zelfs niet op 1 april. ;)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten